
27
Functies van de oven
Voor alle functies licht het gele
controlelampje op het bedieninsgpaneel
op tijdens het verwarmen en gaat uit
wanneer de temperatuur bereikt is (het
licht op en gaat uit wanneer de
thermostaat in- en uitschakelt). Om een
ovenfunctie te selecteren.
De bovenste oven heeft de volgende
functies:
Boven/onderverwarming
Bovenste verwarmingselement en
onderste verwarmingselement (begint met
automatische Quick start, deze wordt
boven/onderverwarming wanneer de
geselecteerde temperatuur is bereikt)
Bruin worden
Grilelement en bovenste
verwarmingselement
Max. Grill
Grilelement en bovenste
verwarmingselement
Onderkant
Onderste verwarmingselement
Verlichting
Verlichting
De onderste oven heeft de volgende
functies:
Hete lucht
Ringvormig element en ventilator
Boven/onderverwarming
Bovenste verwarmingselement en
onderste verwarmingselement (begint met
automatische Quick start, deze wordt
boven/onderverwarming wanneer de
geselecteerde temperatuur is bereikt)
Pastei/pizzafunctie
Benedenelement, ringvormig element en
ventilator aan
Braden op een lage temperatuur
Ringvormig element en ventilator (120
o
C
gedurende 10 minuten en daarna 80
o
C)
Turbo Max Grill (voor het bereiden
van gratinés)
Max Grill (grill-element en bovenste
verwarmingselement) en ventilator
Max. Grill
Grilelement en bovenste
verwarmingselement
Warmhoudstand
Bovenelement en onderste
verwarmingselementen. (Vooraf ingesteld
op 80
o
C)
Ontdooi/droogstand
Onderste verwarmingselement en
ventilator (Vanaf 30
o
C)
Ontdooien
Verlichting en ventilator.
Verlichting
Verlichting
Komentáře k této Příručce